Hoe ontstond sportreflexologie?

Sportreflexologie richt zich op anomalieën in het bewegingsapparaat, in dit artikel vooral blessures van de voet, enkel en het onderbeen. (het is handig om een beetje voorkennis van voetreflexologie te hebben bij het lezen van dit artikel 🙂 )

Als hardloper heb ik wel eens een blessure van nabij ervaren en de zoektocht naar een juiste aanpak is niet eenvoudig. Er is kinesitherapie, osteopathie, chiropraxie, orthopedie en het klopt dat de ene therapeut breder kijkt dan de andere echter een snelle en tevens blijvende oplossing zijn vaak twee onverzoenbare begrippen. Kinesitherapie onder de vorm van oefentherapie of manuele therapie slaagt vaak ten dele in het blijvend oplossen van blessures, podologie verhelpt op korte termijn met ondersteuning via steunzolen een probleem, orthopedie pakt een blessure vaak zeer drastisch aan zonder rekening te houden met de effecten op de balans van het lichaam. Vanuit mijn ervaring als hardloper heb ik geleerd dat een blijvende oplossing van een blessure meestal een combinatie wordt van bewegingsstijl (cfr. Hardlopen), oefeningen, manipulatie, aangepaste trainingsvormen en voeding. Vaak dient een atleet en bij uitbreiding iedereen die graag beweegt zijn manier van kijken naar zijn sport drastisch te wijzigen om blijvend resultaat te kunnen ervaren. Door halsstarrig op dezelfde manier te blijven bewegen, dezelfde vorm van training te ondergaan of massaal verdoken suikers te blijven eten, kan een blessure in een andere vorm als signaal terugkomen. Een snelle oplossing om vlug terug op het veld te staan, heeft een plan van aanpak met braces, inspuitingen, etc. en geeft op korte termijn resultaat maar zal ongetwijfeld op lange termijn een weerslag kennen. Afhankelijk van het type lichaam zal dat moment snel of traag komen, echter het komt onvermijdelijk.

In mijn zoektocht naar oplossingen voor vaak voorkomende blessures in het hardlopen zoals hielspoor, shinsplints, mediale voetbogen die verzwakken, plantaire fasciitis, … heb ik voetreflexologie leren kennen in den beginne als vorm om de voeten zeer diepgaand te ontspannen. Dat er via de zones organen beter werden doorbloed was handig meegenomen maar was in het begin mijn zorg nog niet. Ontspanning en relaxatie was mijn doel. In die studieperiode kreeg ik het boek van Dwight Buyers, “Reflexologie, een werkboek” in de hand en keek gefascineerd naar zijn beschrijving van een protocol om hielspoor aan te pakken. De mist ging vallen en plots werd die reflexologie een weg van inzicht waarbij uiteindelijk blessures vanuit een breder holistisch standpunt konden bekeken worden. De gekende reflexzones kregen een andere betekenis en een blessure werd een indicatie dat er iets verkeerd kon zijn hogerop. Sportreflexologie was geboren. En er ontstond een organische zoektocht.

Ik begon atleten te ondervragen wanneer ze een bepaalde blessure hadden, observeerde hun manier van bewegen, stond stil bij hun voeding, …. en plots merkte ik door palpatie dat een blessure ergens in het lichaam via de zones anders geïnterpreteerd kon worden en dat ze zeer doelgericht, ook hogerop in het lichaam, bewerkt konden worden. Bv. enkelpijn aan de binnenzijde ( zone prostaat/baarmoeder) verdween door het bewerken van de psoas/illacus ( lokaal ). Daar moest dus een verband zijn. Veel technieken die op het eerste zicht onafhankelijk van elkaar waardevol zijn, begonnen plots naast elkaar te werken. Reflexologie, meridaantherapie en triggepointmassage blijken werelden te zijn die elkaar kruisbestuiven. Om dit even toe te lichten een voorbeeld hielspoor.

Wat is hielspoor? Hielspoor is een verharding onderaan de hiel ter hoogte van de aanhechting van de peesplaat. De verharding vergroot en door het inzakken van de voetboog ontstaat pijn. Het inzakken van die voetboog is de sleutel naar de oplossing. Enkel lokaal het weefsel ontspannen en doorbloeden zoals Dwight Buyers stelt levert een blijvende oplossing wanneer de flexibiliteit van de voetbogen optimaal is. Een chronisch hielspoor heeft een oorzaak hogerop in de kuiten. Een triggerpoint op de tibialis posterior of achterste scheenbeenspier, deze spier trekt de voetboog naar omhoog, maakt de voetboog onbeweeglijk en wanneer de voetboog net ontspant dan blijft het peesblad constant op rek waardoor de druk ter hoogte van de verharding op het hielbot constant is. Enkel wanneer de voet van de grond is, zal men geen hinder voelen. De combinatie van wegnemen van het triggerpoint en stimulatie van de achterste scheenbeenspier met oefeningen zal opmerkelijke resultaten geven. Als er nog geen blijvend resultaat bekomen wordt dan kijk je best naar de exacte ligging van de verharding op de voetzool. Ligt die aan de binnenkant tegen de blaaszone? Loopt de verharding tot aan de nierzone dan kan je best een paar vragen stellen rond blaas en nieren. Echter observatie van de loop van de niermeridiaan laat het mogelijk om triggerpoints te ontdekken die de anatomische ketting naar de voet tot verstoord. Ook ligt de zone van het hielspoor op de ischias zone en kan wijzen op lage rug problemen?

 

 

 

thank you for this comment, john

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: